085-4862327 (dagelijks 8.00 - 22.00)

Procedure

Geplaatst op: 19 augustus 2019

De vorderingsprocedure wordt gestart nadat de politie of een medisch specialist een melding heeft gedaan aan het CBR dat het vermoeden bestaat dat de houder van een rijbewijs niet langer beschikt over de rijvaardigheid dan wel over de lichamelijke of geestelijke geschiktheid, vereist voor het besturen van een of meer categorieën van motorrijtuigen waarvoor dat rijbewijs is afgegeven. Dit is voor het CBR aanleiding voor het starten van een onderzoek of het opleggen van maatregelen, afhankelijk van de aard en de ernst van de melding.

Het kan gaan om rijden onder invloed van alcohol of drugs, gevaarlijk rijgedrag of forse snelheidsovertreding of medische beperkingen die van invloed kunnen zijn op de rijgeschiktheid. In bijlage I bij de Regeling maatregelen rijvaardigheid en geschiktheid 2011 vindt u een overzicht van alle gevallen waarin de vorderingsprocedure van het CBR van toepassing is.

Indien u wordt verplicht om deel te nemen aan een onderzoek naar de rijgeschiktheid of rijvaardigheid, is het van belang dat u zo spoedig mogelijk een gespecialiseerde advocaat inschakelt, die u gedurende de gehele vorderingsprocedure begeleidt en adviseert.

De advocaat zal eerst alle relevante stukken opvragen bij het CBR en de mogelijkheden bekijken of eventueel bezwaar aan te tekenen tegen het besluit tot verplichte deelname.

Indien u toch moet deelnemen aan het onderzoek, zal de advocaat u uitgebreid informeren over alle valkuilen en de strekking van bepaalde vragen. De advocaat zal u zo goed mogelijk voorbereiden, waardoor de kans dat u de vorderingsprocedure met goed gevolg doorloopt, aanmerkelijk wordt vergroot.

Speciaal voor het onderzoek naar de rijgeschiktheid, na het rijden onder invloed van alcohol, hebben wij een uitgebreide informatiebrochure opgesteld, waarin u wordt gewezen op alle valkuilen. U kunt de informatiebrochure hier downloaden.


Strafrechters kritisch over standaard maatregel CBR: alcoholslotprogramma (ASP)

Geplaatst op: 21 augustus 2013

Strafrechters zijn kritisch over het feit dat automobilisten met te veel drank op vanaf een bepaald alcoholpromillage door het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen standaard een alcoholslotprogramma krijgen opgelegd. Dat verhindert maatwerk, aldus de rechters. Met persoonlijke omstandigheden zoals de hoogte van het inkomen en de vraag of iemand een auto of rijbewijs nodig heeft voor zijn werk, wordt door het CBR geen rekening gehouden.

Automobilisten die vanaf 1 december 2011 bij een alcoholcontrole 1,3 promille of meer alcohol (570 mg) in het bloed hebben, krijgen als preventieve maatregel het alcoholslotprogramma (ASP) opgelegd. Deze maatregel bestaat uit het inbouwen van een alcoholslot in de auto en een verplicht begeleidingsprogramma.

Strafrecht

Het ASP, een bestuursrechtelijke afdoening, staat los van de sanctie die via het strafrecht kan worden opgelegd. In de regel wordt een ASP opgelegd nadat de automobilist voor de strafrechter is verschenen. Een strafrechter in Alkmaar zei eerder deze maand tijdens een zitting er moeite mee te hebben dat dronken automobilisten door twee overheidsinstanties, los van elkaar, worden bestraft voor hetzelfde feit.

Eerste keer

Een inventarisatie onder strafrechters leert dat meer rechters kritisch staan tegenover deze maatregel van het CBR. De Haagse strafrechter Elianne van Rens lichtte dat tijdens een uitzending van RTL Nieuws begin deze week toe: “Een alcoholslotprogramma voor notoire, zware drinkers: prima. Maar voor mensen die voor de eerste keer in de fout gaan, zouden er andere mogelijkheden moeten zijn.” Ter illustratie: artikel 24 in het Wetboek van Strafrecht schrijft bij het opleggen van een geldboete voor dat rechters rekening moeten houden met de draagkracht van een verdachte. Een boete van bijvoorbeeld 1.000 euro kan voor de één een groot bedrag zijn, terwijl iemand anders een dergelijk bedrag afrekent zonder met de ogen te knipperen. Strafrechters wijzen er ook op dat mensen die voor hun werk afhankelijk zijn van hun rijbewijs, als gevolg van de ASP-maatregel het risico lopen hun baan kwijt te raken. Voor iemand die voor de eerste keer in de fout gaat met alcohol in het verkeer, is dat een erg zware sanctie. Elianne van Rens: “Rechters houden rekening met de persoonlijke omstandigheden van de betrokkene, het CBR doet dat niet. Daar zit wat mij betreft de pijn.”

Cijfers

Volgens recente cijfers van het CBR hebben sinds december 2011 6.673 bestuurders een ASP opgelegd gekregen en rijden 2.699 bestuurders met een dergelijk slot rond. Met een alcoholslot moet de automobilist vooraf blazen om de auto te starten. Met een promillage lager dan 0,2 promille kan de auto worden gestart. Ter controle moet de automobilist niet alleen vooraf, maar ook tijdens het rijden blazen. Het alcoholslot bewaart ondermeer de gegevens van de meetwaarden van een deelnemer.

Bron: Rechtspraak.nl (artikel gepubliceerd op 21-8-2013)


Uitleg

Geplaatst op: 28 juli 2012

Onderzoek naar de rijgeschiktheid, na rijden onder invloed van alcohol 

Wanneer een persoon door de politie wordt aangehouden op verdenking van rijden onder invloed van alcohol, en er gronden bestaan om te vermoeden dat die persoon niet meer voldoet aan de eisen van geschiktheid om een motorrijtuig te besturen, is de politie op grond van artikel 130 Wegenverkeerswet (WVW) verplicht melding hiervan te doen aan het CBR. Het CBR beoordeelt vervolgens of er gronden bestaan om de betrokkene te onderwerpen aan een onderzoek naar de rijgeschiktheid.

Naast de politie kan ook een medisch specialist melding doen van het vermoeden van ongeschiktheid voor het besturen van een motorrijtuig.

Het onderzoek naar de rijgeschiktheid bij rijden onder invloed bestaat uit een bloedonderzoek, een gesprek met een psychiater en een lichamelijk onderzoek. De keurend psychiater werkt zelfstandig, maar krijgt opdracht van het CBR. 

Tot twee weken voor het gesprek met de psychiater moet de betrokkene bloed afstaan voor onderzoek. Dit bloed zal worden onderzocht op de aanwezigheid van bepaalde (verhoogde) waarden die duiden op overmatig alcoholgebruik. 

In het algemeen is ons advies om in ieder geval tot het bloedonderzoek geen of zeer beperkt alcohol te drinken. 

Vervolgens wordt u (binnen twee weken) onderworpen aan een vraaggesprek door een psychiater. De vragen zien op het alcoholgebruik, de omstandigheden zoals vermeld in de melding door de politie of de medisch specialist, en uw persoonlijke omstandigheden. Aan de hand van de antwoorden die u geeft, vormt de psychiater zich een oordeel of er sprake is van misbruik of afhankelijkheid is van alcohol op grond van alle relevante gegevens. De vragen zijn samengesteld op basis van de DSM-IV-(TR)-classificatie

Tot slot vindt er een lichamelijk onderzoek plaats, waarbij de arts let op lichamelijk aanwijzingen voor overmatig alcoholgebruik.

Op de vragen van de psychiater en het verdere onderzoek kunt u zich voorbereiden. U kunt via deze[??] website een uitgebreide informatiebrochure aanvragen waarin wij uitleggen hoe het onderzoek naar de rijgeschiktheid verloopt, wat u te wachten staat en welke vragen u kunt verwachten. De informatiebrochure bevat ook veel tips waar de valkuilen zitten. Dit geeft u meer kans om de vorderingsprocedure met goed gevolg te doorlopen en uw rijbewijs te behouden. 

Het besluit

De bevindingen van de arts en de resultaten van het bloedonderzoek worden vastgelegd in een verslag van bevindingen. Dit verslag wordt naar het CBR gestuurd ter beoordeling mits u daarvoor tenminste toestemming geeft. Uw toestemming is formeel vereist omdat het nu eenmaal om medische informatie gaat die niet zonder toestemming van de betrokkene gedeeld mag worden met een ander. De toestemming is slechts een formeel vereiste waar u in de praktijk weinig aan heeft. Bij weigering zal uw rijbewijs sowieso ongeldig worden verklaard zodat u er verstandig aan doet om wel toestemming te geven.  

Na ontvangst van het verslag van bevindingen zullen de divisieartsen van het CBR de uitslag vaststellen. Op grond van die uitslag bepaalt het CBR of u het rijbewijs kunt behouden. Wanneer het CBR alcoholmisbruik of alcoholafhankelijkheid vaststelt, zal het CBR het rijbewijs ongeldig verklaren. 

Het is mogelijk om binnen zes weken na dagtekening van het besluit bezwaar hiertegen aan te tekenen. Meer hierover leest u in de paragraaf over bezwaar en beroep.

Recidivevrije periode

De ongeldig verklaring geldt voor een door het CBR vast te stellen periode van een jaar. Na deze recidivevrije periode kan de betrokkene een nieuwe medische keuring aanvragen bij het CBR (via een daartoe bestemd formulier dat af te halen is bij de gemeente). Indien er bij de nieuwe medische keuring geen alcoholmisbruik of –afhankelijkheid meer wordt vastgesteld, wordt het rijbewijs aan de betrokkene teruggegeven.


Procedure

Geplaatst op: 28 juli 2012

Wanneer het CBR ten onrechte de geldigheid van uw rijbewijs heeft geschorst of deze ongeldig heeft verklaard, hebt u recht op schadevergoeding. Ook kunt u schadevergoeding vragen wanneer het CBR ten onrechte een bepaalde maatregel aan u heeft opgelegd. U dient hiertoe een verzoek in het dienen bij het CBR.

Stap 1: vaststellen welke besluit onterecht is

Allereerst is van belang om vast te stellen welk besluit van het CBR achteraf onjuist is geweest. Het kan namelijk zo zijn dat het eerste besluit van het CBR, waarbij u wordt verplicht om mee te werken aan een onderzoek naar de rijgeschiktheid, wel terecht is genomen, maar dat het tweede besluit, waarbij het rijbewijs ongeldig wordt verklaard op basis van de door de psychiater gestelde diagnose alcoholmisbruik of –afhankelijkheid, niet voldoende is gemotiveerd.
Deze vaststelling is van belang om de te vorderen schade te bepalen. Indien alleen het tweede besluit onterecht is genomen, hebt u namelijk geen recht op vergoeding van de kosten van het onderzoek.

Stap 2: onderbouwen schade

Het verzoek tot schadevergoeding dient goed gemotiveerd te zijn, en onderbouwd te worden aan de hand van bewijsstukken waaruit uw schade volgt. Bereid dit zo goed mogelijk voor, voordat tot het verzoek bij het CBR word ingediend.

Niet alle schade komt voor vergoeding in aanmerking. Anders dan bij het strafrecht, kent het bestuursrecht geen vergoeding van immateriele schade. Het gemiste “rijgenot”, of het feit dat u enige tijd beperkt bent geweest in uw mobiliteit, wordt niet beschouwd als schade.

Ook wanneer u verplicht was om te reizen met het openbaar vervoer, krijgt u alleen schadevergoeding voor zover de kosten hiervoor hoger zijn gewees dan wanneer u met uw eigen vervoer zou hebben gereden.

Bovendien moet u zoveel mogelijk schadebeperkend handelen. Dus als u op enigerlei wijze de kosten kunt beperken of voorkomen, dan bent u daartoe verplicht.

Welke schade en kosten precies voor vergoeding in aanmerking komen, leest u bij meer informatie.


Bezwaar en beroep schadevergoeding CBR

Geplaatst op: 28 juli 2012

Het CBR is verplicht om binnen een redelijke termijn op uw verzoek tot schadevergoeding te beslissen. U krijgt de beslissing van het CBR op schrift toegestuurd. Wanneer u het niet eens bent met de beslissing van het CBR op uw schadevergoedingsverzoek, dan kunt u tegen dezebeslissing bezwaar en beroep instellen.

Het is evenwel belangrijk dat u het initiële verzoek tot schadevergoeding aan het CBR goed motiveert en met bewijsstukken onderbouwt. Ook is het belangrijk dat u de juiste de juiste gronden van bezwaar opgeeft.

Rechtsbijstand

Omdat ook deze schadevergoedingsprocedures in het bestuursrecht erg gecompliceerd kunnen zijn, adviseren wij u om altijd gebruik te maken van de deskundige rechtsbijstand van een in de CBR procedure gespecialiseerde advocaat. De advocaat adviseert u over welke schadeposten u kunt vorderen en hoe u de vordering het beste kunt onderbouwen.
Deze rechtsbijstand sowieso verstandig voor het indienen van een schadevordering bij het CBR, maar zeker noodzakelijk voor het geval u bezwaar wenst in te stellen tegen de (gedeeltelijk) afwijzende beslissing van het CBR.

Wilt u schadevergoeding vorderen van het CBR na een onterechte ongeldig verklaring van uw rijbewijs of de onterechte oplegging van een maatregel, of wilt u bezwaar of beroep instellen tegen afwijzende beslissing van het CBR? Meld uw zaak vandaag nog bij ons aan.


Andere oorzaak voor verhoogd %CDT

Geplaatst op: 14 juli 2012

Wanneer tijdens het bloedonderzoek een verhoogd %CDT is vastgesteld, levert dat voor het CBR vaak een reden op om alcoholmisbruik vast te stellen en het rijbewijs ongeldig te verklaren. Dat is echter niet altijd terecht.
Sowieso geldt bij het %CDT tussen de 2,6 en 2,9 dat er te veel twijfel bestaat om alleen op basis daarvan tot de diagnose alcoholmisbruik te komen. Aangenomen wordt dat vanaf 3,4 pas met enige zekerheid de diagnose alcoholmisbruik gesteld kan worden. Maar ook dan kunnen andere oorzaken dan alcoholmisbruik de reden vormen voor het verhoogde percentage.

Lees meer >


Betrouwbaarheid Axis-Shield methode voor bepaling %CDT in bloedonderzoek CBR

Geplaatst op: 14 juli 2012

Om het percentage van de CDT-waarde vast te stellen wordt in Nederland gebruik gemaakt van de Axis-Shield methode. De fabrikant heeft op basis van onderzoek bepaald dat een CDT-waarde vanaf 2,6% afwijkend is. Deze afwijking is gestaafd door internationaal onderzoek. Een lichte verhoging van het percentage van de CDT kan zonder ondersteuning van het resultaat door een andere methode niet geïnterpreteerd worden als recent alcoholmisbruik.

 

Lees meer >


Procedure

Geplaatst op: 09 juli 2012

Ingevolge artikel 130, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 (hierna: de WVW) doen, indien bij de bij algemene maatregel van bestuur aangewezen personen een vermoeden bestaat dat de houder van een rijbewijs niet langer beschikt over de rijvaardigheid dan wel over de lichamelijke of geestelijke geschiktheid, vereist voor het besturen van een of meer categorieën van motorrijtuigen waarvoor dat rijbewijs is afgegeven, zij daarvan zo spoedig mogelijk schriftelijk mededeling aan het CBR onder vermelding van de feiten en omstandigheden die aan het vermoeden ten grondslag liggen.

Ingevolge artikel 131, eerste lid, eerste volzin, besluit het CBR, indien een schriftelijke mededeling als bedoeld in artikel 130, eerste lid, is gedaan, in de bij ministeriële regeling aangewezen gevallen dat betrokkene zich dient te onderwerpen aan een onderzoek naar zijn rijvaardigheid

Ingevolge artikel 2, eerste lid, van de Regeling maatregelen rijvaardigheid en geschiktheid (hierna: de regeling), zoals dat luidde ten tijde van belang, wordt een vermoeden als bedoeld in artikel 130, eerste lid, van de WVW gebaseerd op feiten of omstandigheden als genoemd in de bij deze regeling behorende bijlage 1.

Ingevolge artikel 3, eerste lid, aanhef en onder a, zoals kunnen feiten of omstandigheden, als bedoeld in artikel 2, blijken uit eigen waarneming en gegevens afkomstig van de politie.

Ingevolge het derde lid is het meest recente feit, bedoeld in artikel 2, ten tijde van de mededeling niet langer dan zes maanden geleden. Hierop is slechts uitzondering mogelijk, indien in de aard van de zaak gelegen omstandigheden dit rechtvaardigen.

Ingevolge artikel 6, tweede lid,  besluit het CBR dat betrokkene zich dient te onderwerpen aan een onderzoek naar de rijvaardigheid dan wel de geschiktheid in geval van feiten of omstandigheden als genoemd in de bij deze regeling behorende bijlage 1, anders dan die vermeld onder ‘Drogerende stoffen Alcohol’.

Ingevolge artikel 134, tweede lid, besluit het CBR tot ongeldigverklaring van het rijbewijs indien de uitslag van het onderzoek daartoe aanleiding geeft. Bij ministeriële regeling worden de gevallen aangewezen waarin daarvan sprake is.

Ingevolge het derde lid van artikel 134 deelt het CBR, indien het voornemens is het rijbewijs ongeldig te verklaren, dit mede aan de houder, onder mededeling van de bevoegdheid van betrokkene om binnen twee weken een tweede onderzoek te verlangen. Deze termijn wordt in de jurisprudentie niet altijd even strikt gehanteerd. Wanneer de betrokkene door bijzondere omstandigheden, waaronder een verblijf in het buitenland, niet in staat was op tijd te vragen om een contra-expertise, dient het CBR ook na de termijn van twee weken een verzoek tot tegenonderzoek te honoreren.

Tegen het besluit tot ongeldigverklaring van het rijbewijs kan binnen zes weken na dagtekening een bezwaarschrift worden ingediend. Volgens vaste rechtspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (uitspraak van o.a. 25 april 2007 in zaak nr. 200606675/1) bestaat, in een geval waarin ongeschiktheid om motorrijtuigen te besturen is gesteld, slechts aanleiding om de ongeldigverklaring niet in stand te laten indien de psychiatrische rapportage naar inhoud of wijze van totstandkoming gebreken vertoont, inhoudelijk tegenstrijdig of anderszins niet of niet voldoende concludent is, zodanig dat het CBR zich daarop niet heeft mogen baseren.

Omdat het bezwaarschrift geen opschortende werking heeft, blijft het rijbewijs ongeldig gedurende de behandeling van het bezwaar. Wij adviseren daarom om naast het bezwaarschrift tevens een verzoekschrift voor een voorlopige voorziening in te dienen bij de rechtbank in uw arrondissement. In het verzoekschrift vraagt u de rechtbank om het besluit van het CBR zolang op te schorten.

Wanneer u de rechtsbijstand van een advocaat hierbij wenst, kunt u uw zaak altijd bij ons aanmelden.  De bij ons netwerk aangesloten advocaten zijn gespecialiseerd in de bezwaar- en beroepsprocedure van het CBR, en kunnen u rechtsbijstand verlenen teneinde zo snel mogelijk uw rijbewijs terug te krijgen.


Nader uitgelegd

Geplaatst op: 09 juli 2012

Het alcoholslotprogramma

Het alcoholslotprogramma bestaat uit het verplicht (laten) inbouwen van een alcoholslot en de verplichte deelname aan een cursus over het alcoholgebruik in het verkeer.

Voor het laten inbouwen van het alcoholslot werkt het CBR samen met een aantal gecertificeerde garagebedrijven. U bent eerst verplicht de kosten aan het CBR te betalen, waarna u bericht ontvangt bij welk garagebedrijf u het alcoholslot dient te laten inbouwen.

Wanneer het alcoholslot is ingebouwd, bent u verplicht om alleen van die auto gebruik te maken. Het is u niet toegestaan om in een andere auto te rijden.

Voordat u de auto start, dient u eerst te blazen in het alcoholslot. Alleen wanneer u volkomen nuchter bent, zal de auto gestart kunnen worden.

Uiteraard is het niet toegestaan om een ander te laten blazen. Overtreding van de regels, heeft tot gevolg dat het rijbewijs ongeldig wordt verklaard.

Ook dient u een cursus te volgen, vergelijkbaar met de EMA. Ook de kosten van de cursus dienen door u te worden betaald.Tijdens de cursus wordt u onder meer geleerd wat de gevaren zijn van alcoholgebruik en welke gevolgen dat kan hebben bij verkeersdeelname. Er wordt veel informatie gegeven, zoals over de invloed van alcohol op het rijgedrag en op het lichaam. Ook wordt stilgestaan bij de ernstige gevolgen van alcoholgebruik in het verkeer.


Bezwaar en beroep CBR

Geplaatst op: 09 juli 2012

Indien u het niet eens bent met een beslissing van het CBR kunt u hiertegen bezwaar en beroep instellen. In het bezwaar- of beroepschrift geeft u de gronden op waarom u het niet eens bent met de opgelegde maatregel of het opgelegde onderzoek. Omdat het bezwaar- en beroep geen schorsende werking heeft, tenzij uitdrukkelijk door het CBR is toegezegd dat de tenuitvoerlegging van het besluit wordt opgeschort, doet u er verstandig aan om tevens een voorlopige voorziening te vragen bij de bestuursrechter. 
Onder procedure kunt u uitvoerig lezen hoe de procedure verloopt.

De procedure bij het CBR is erg ingewikkeld. Zelfs voor de doorsnee advocaat is het lastig om succes te behalen in deze procedures. Dit komt omdat het een erg formele procedure is, waarbij slechts een beperkt aantal argumenten als grond aangevoerd kunnen worden tegen de beslissing van het CBR. Wilt u dus echt met succes verweer kunnen voeren tegen beslissingen van het CBR, dan adviseren wij u om te kiezen voor een in de CBR-procedure gespecialiseerde advocaat, uit ons netwerk.

Bent u terecht gekomen in de vorderingsprocedure van het CBR en wilt u tegen die beslissing in bezwaar of beroep, meldt dan uw zaak bij ons aan.


Direct contact met een advocaat?
Meld gratis en vrijblijvend uw zaak aan.
Zaak aanmelden