Procedure
Ingevolge artikel 97, eerste lid, van het Reglement rijbewijzen (hierna: het Reglement) worden verklaringen van geschiktheid op aanvraag en tegen betaling van het daarvoor vastgestelde tarief door het CBR in het rijbewijzenregister geregistreerd ten behoeve van een ieder die voldoet aan de bij ministeriële regeling vastgestelde eisen met betrekking tot de lichamelijke en geestelijke geschiktheid tot het besturen van motorrijtuigen.
Ingevolge artikel 100, eerste lid, aanhef en onder a, dienen bij de aanvraag te worden overgelegd een niet langer dan twee weken voor de aanvraag getekende, volledig ingevulde eigen verklaring volgens door het CBR vastgesteld model. Ingevolge het tweede lid van dit artikel dient, indien een of meer van de op de eigen verklaring gestelde vragen betreffende de lichamelijke en geestelijke geschiktheid van de aanvrager bevestigend worden beantwoord, op de eigen verklaring een aantekening van een arts te zijn gesteld waaruit de aard en de ernst van de afwijking blijken.
Ingevolge artikel 101, eerste lid, onder a, is het CBR bevoegd te vorderen dat de aanvrager zich op eigen kosten laat keuren door een of meer door het CBR aangewezen artsen of andere deskundigen dan wel dat de aanvrager zich onderwerpt aan een technisch onderzoek, verricht door een door het CBR aangewezen deskundige, of een rijproef, afgenomen door een door het CBR aangewezen deskundige, indien de door de aanvrager overgelegde eigen verklaring dan wel, indien een geneeskundig verslag wordt vereist, het geneeskundig verslag daartoe aanleiding geeft.
Ingevolge het bepaalde onder b van dit artikellid is het CBR bevoegd dergelijke onderzoeken te vorderen indien zij beschikt over gegevens met betrekking tot de lichamelijke en geestelijke geschiktheid van de aanvrager, die het vermoeden rechtvaardigen dat de aanvrager niet voldoet aan de bij ministeriële regeling vastgestelde eisen ten aanzien van de lichamelijke en geestelijke geschiktheid tot het besturen van motorrijtuigen van de rijbewijscategorie of rijbewijscategorieën waarop de aanvraag betrekking heeft.
Ingevolge artikel 2 van de Regeling eisen geschiktheid 2000, zoals gewijzigd op 2 juni 2004 (Stcrt. 2004, 106; hierna: de Regeling) worden de eisen met betrekking tot de lichamelijke en geestelijke geschiktheid tot het besturen van motorrijtuigen vastgesteld overeenkomstig de bij deze regeling behorende bijlage.
In deze bijlage wordt per ziekte of beperking bepaald in welke gevallen een bestuurder niet geschikt is om motorrijtuigen te besturen.
Het onderzoek in verband met de aanvraag van de eigen verklaring wordt uitgevoerd door een deskundige.
Het CBR neemt op basis van het rapport van de deskundige een besluit. Indien het CBR weigert om een eigen verklaring af te geven, kunt u geen aanvraag indienen voor een (nieuw) rijbewijs.
Tegen het besluit tot ongeldigverklaring van het rijbewijs kan binnen zes weken na dagtekening een bezwaarschrift worden ingediend.
Omdat het bezwaarschrift geen opschortende werking heeft, blijft het rijbewijs ongeldig gedurende de behandeling van het bezwaar. Wij adviseren daarom om naast het bezwaarschrift tevens een verzoekschrift voor een voorlopige voorziening in te dienen bij de rechtbank in uw arrondissement. In het verzoekschrift vraagt u de rechtbank om het besluit van het CBR zolang op te schorten.
Wanneer u de rechtsbijstand van een advocaat hierbij wenst, kunt u uw zaak altijd bij ons aanmelden. De bij ons netwerk aangesloten advocaten zijn gespecialiseerd in de bezwaar- en beroepsprocedure van het CBR, en kunnen u rechtsbijstand verlenen teneinde zo snel mogelijk uw rijbewijs terug te krijgen.